De huidige koers van 124% van de populaire 6,5% Rabo certificaten is het gevolg van de situatie op de rentemarkten. In lijn hiermee is een van de meest gestelde vragen of er nog iets te verdienen valt in vastrentende waarden. Het antwoord is niet hoopgevend: moeilijk.

Zuur en zoet
Het fenomeen van negatieve rente is nu zelfs overgeslagen naar de markt voor bedrijfsleningen. Dat zou enkele jaren geleden ondenkbaar zijn geweest, maar alles went als het maar lang genoeg duurt. Pensioenbeleggers staan met de rug tegen de muur en zijn verplicht om nieuwe pensioenpremies voor een deel te beleggen in obligaties.

En wat het zuur is voor de een, is het zoet voor de ander. Hypotheekbezitters staren met een glimlach naar het bod van de bank met renteoffertes die lachend worden ondertekend, met of zonder hypotheekaftrek. Het verklaart tevens de populariteit van tweede huizen en vakantiewoningen, maar dat is een ander hoofdstuk.

Rabo certificaten
Een Rabo certificaat is geen aandeel, geen obligatie, maar een diep achtergesteld beleggingsproduct, wat meetelt voor het eigen vermogen van de bank. De certificaten keren 6,5% rente uit, op kwartaalbasis te vergoeden, dus 1,625% rente per elke drie maanden. Door die uitkering van 6,5% lijken ze op een obligatie, maar dan houdt elke vergelijking ook op, of het moet nog van het eeuwigdurend karakter komen. De certificaten hebben geen afloopdatum en worden dus niet afgelost.

Bij die riante rentevergoeding van 6,5% horen natuurlijk passende risico’s, zoals het passeren van de uitkering, gedeeltelijk of geheel verlies van de inleg bij faillissement, en koersrisico. Met name dat laatste is iets om in de gaten te houden. De Rabobank mag de certificaten op elk moment terugtrekken tegen betaling van 100%. Wie ze vandaag op de beurs koopt op 124%, verliest dan in korte tijd 24%, ofwel omgerekend bijna vier jaarcouponnen.

Nog niet zo heel lang geleden stonden de certificaten rond de 110%. Tegen die koers bedroeg het couponrendement 6,5%:110% = 5,9%. Wie toen kocht, kreeg niet alleen jaarlijks 5,9% rente maar die zit nu ook op een koerswinst van 14% (huidige koers 124% minus aankoopkoers 110%).

Wie de certificaten nu koopt op 124%, start met een couponrendement van 6,5%:124% = 5,24%. Daalt de koers naar 119%, dan bedraagt het koersverlies 5%, ofwel: de belegger heeft een jaarcoupon aan rente in rook zien opgaan.

Zwaar op de maag
Die vergoeding ligt de Rabobank waarschijnlijk zwaar op de maag. Als gevolg van het uitstaande bedrag van bijna 7,5 miljard euro aan certificaten en de genoemde 6,5% rentevergoeding vliegt er jaarlijks bijna 500 mln euro aan rentebetalingen op dit product de tent uit.

Toch is intrekken geen directe optie. De certificaten waren en zijn zeer populair onder rekeninghouders van de Rabobank. Sommige klanten hadden een substantieel deel van hun vrij belegbare vermogen in de stukken ondergebracht. Enkele jaren geleden heeft de Rabobank zelf gecommuniceerd dat een maximum van 20% ten opzichte van de beleggingsportefeuille passend is.

Sinds de beursgang in 2014 zijn de stukken ook beschikbaar voor beleggers buiten de bank en daar is gretig gebruik van gemaakt. Begin 2017 werden er nog 70 mln extra certificaten uitgegeven tegen een koers van 108% euro per stuk. Daarmee werd in totaal 1,9 miljard opgehaald.

Rabo aandelen
Het zou de reputatie van de Rabobank te zeer schaden als ze de certificaten zouden intrekken tegen 100%. Ik zie dat ook niet snel gebeuren in het licht van de recente uitgifte. Een logischer stap is de structuur om te vormen. De coöperatie wordt dan omgezet in een naamloze vennootschap (N.V.), er worden nieuwe, gewone aandelen uitgegeven en de certificaten worden omgewisseld in preferente aandelen. De vergoeding op deze ‘prefs’ kan dan eventueel neerwaarts wordt aangepast naar de 4,5% die tien jaar geleden nog als vergoeding gold. Kortom, een chique oplossing waarmee iedereen gebaat is.

Gezien het koersrisico is aankoop op deze koers voor de dapperen, die de certificaten voor langere tijd in bezit willen houden en niet wakker liggen van het intrekrisico. Voor bezitters die er op (veel) lagere niveaus inzitten, is houden het advies. De 6,5% rente op een debiteur van deze kwaliteit in dit renteklimaat kan wedijveren met de waardeloze opbrengst van een spaarrekening of banksaldo, of de ondermaatse opbrengst op te duur gekocht vastgoed.

Lees eerder verschenen nieuws in ons archief. Ron Boer schrijft op regelmatige basis columns over interessante zaken die spelen op de financiële markten. Wilt u een melding krijgen wanneer een nieuwe column verschijnt? Volg ons dan op LinkedIn of neem contact met ons op.